De Peking opera: Geschiedenis, symboliek, en rollen
Masker van een operaspeler
Keizer Qianlong bezocht tijdens zijn vijfenvijftigste regeringsjaar (1790) het zuiden van China. Daar zag hij onder andere vier opera gezelschappen (Sanqingban, Sixiban, Hechunban en Chuntaiban) uit de Hui-opera. Deze gezelschappen kwamen naar Beijing en zijn van grote betekenis geweest voor de verdere ontwikkeling van de Peking opera.
De Peking opera is een combinatie van literatuur, muziek, dans, vechtkunst, beeldende kunst, acrobatiek, en vele andere kunsten. In een dergelijke opera wordt evenveel aandacht besteedt aan 'Chang' (zang), 'Nian' (spreken), 'Zuo' (acteren)', en 'Da' (vechtkunst). Het is een soort gezongen toneel dat weinig met de westerse opera gemeen heeft. De Peking opera kwam vanaf de achttiende eeuw tot bloei.
Deze opera staat vol symboliek. De kenmerken van de personages zijn overdreven net als hun handelingen. De zang wordt begeleid door een strijk- en percussie-ensemble. Deze zang en muziek is vaak erg luid; op deze manier kon het publiek op markten en in theehuizen worden overstemd. De personen dragen gekleurde kostuums en zijn voorzien van kleurige make-up. De goden en godinnen dragen een gouden masker.
De kostuums worden Xingtou of Xifu in het Chinees genoemd. De oorsprong van deze kostuums gaat terug tot het midden van de 14de eeuw toen in de voorlopers van de huidige Peking opera begonnen werd met het experimenteren met grote, sierlijke kledingstukken. Zelfs de kleur van de make-up heeft een bijzondere betekenis:
In een Peking opera worden vier belangrijke rollen onderscheiden: Sheng (mannelijke rol), Dan (vrouwelijke rol), Jing (een acteur met een geschilderd gezicht van een man), en Chou (clown). Deze rollen hebben de normale kenmerken behorende bij hun leeftijd en geslacht, maar ook hun sociale status wordt door make-up, kleding en gebaren tot uiting gebracht.
De Peking opera is een combinatie van literatuur, muziek, dans, vechtkunst, beeldende kunst, acrobatiek, en vele andere kunsten. In een dergelijke opera wordt evenveel aandacht besteedt aan 'Chang' (zang), 'Nian' (spreken), 'Zuo' (acteren)', en 'Da' (vechtkunst). Het is een soort gezongen toneel dat weinig met de westerse opera gemeen heeft. De Peking opera kwam vanaf de achttiende eeuw tot bloei.
Deze opera staat vol symboliek. De kenmerken van de personages zijn overdreven net als hun handelingen. De zang wordt begeleid door een strijk- en percussie-ensemble. Deze zang en muziek is vaak erg luid; op deze manier kon het publiek op markten en in theehuizen worden overstemd. De personen dragen gekleurde kostuums en zijn voorzien van kleurige make-up. De goden en godinnen dragen een gouden masker.
De kostuums worden Xingtou of Xifu in het Chinees genoemd. De oorsprong van deze kostuums gaat terug tot het midden van de 14de eeuw toen in de voorlopers van de huidige Peking opera begonnen werd met het experimenteren met grote, sierlijke kledingstukken. Zelfs de kleur van de make-up heeft een bijzondere betekenis:
- rood: een loyaal karakter aan;
- zwart: een goed en sterk karakter;
- blauw: een moedig of arrogant karakter;
- groen: een onstabiel karakter;
- oranje en grijs geven de leeftijd aan.
In een Peking opera worden vier belangrijke rollen onderscheiden: Sheng (mannelijke rol), Dan (vrouwelijke rol), Jing (een acteur met een geschilderd gezicht van een man), en Chou (clown). Deze rollen hebben de normale kenmerken behorende bij hun leeftijd en geslacht, maar ook hun sociale status wordt door make-up, kleding en gebaren tot uiting gebracht.
- Sheng: burger, militair. Bijvoorbeeld de volgende personages. Lao Sheng (oude man met een baard: waardig, gepolijst, officiële, geleerde), Xiao Sheng (jonge man, jonge krijger), Wu Sheng (acrobaat).
- Dan: alle vrouwspersonen. Kent onder meer de volgende personages: Dao Ma Dan (sterke vrouw), Gui Mannen Dan (jong, getrouwd meisje), Wu Dan (vrouwelijke acrobaat), en Lao Dan (oude vrouw).
De Verboden Stad: Keizerlijke residentie
De Verboden Stad vanaf de achterzijde
De Yongle keizer verplaatste de hoofdstad van China van Nanjing (= Zuidelijke Hoofdstad) naar Beijing (= Noordelijke hoofdstad). De reden hiervoor was dat Beijing dichter bij het levensgebied van de Mongolen lag, waar het grootste gevaar voor zijn heerschappij vandaan kwam. Hij kon zo het Mongoolse gevaar beter beheersen.
Tijdens zijn regering werd de Verboden Stad (Zǐjinchéng) gebouwd en voltooid. Op 2 februari 1421 werd de Verboden Stad als centrum van de macht ingewijd. De stad was de plaats van waaruit de Chinese keizers van de Ming- en de Qing-dynastie hun rijk bestuurden; dit duurde tot 1911. Het complex heeft voor 24 Chinese keizers als residentie gediend.
Tijdens zijn regering werd de Verboden Stad (Zǐjinchéng) gebouwd en voltooid. Op 2 februari 1421 werd de Verboden Stad als centrum van de macht ingewijd. De stad was de plaats van waaruit de Chinese keizers van de Ming- en de Qing-dynastie hun rijk bestuurden; dit duurde tot 1911. Het complex heeft voor 24 Chinese keizers als residentie gediend.
Een kleine geschiedenis van een grote stad
Het paleiscomplex meet 750 meter bij 960 meter en is destijds ontworpen door een Vietnamese architect. Om de stad heen ligt een gracht en daarnaast staat er een muur om heen van tien meter hoog. In de vier zijden van de muur bevindt zich een poort. Vanaf de zuidelijke poort las vroeger de keizer de nieuwe kalender voor en inspecteerde hij zijn troepen. De gebouwen werden aangelegd om bezoekers te imponeren. Het eerst wat opvalt is de symmetrie en harmonie in bouwstijl en aanleg.
De keizer en zijn hofhouding woonde in het noordelijke gedeelte. Zo waren er de concubines, de paleiswachten en de eunuchen (gecastreerde paleisbedienden). Er woonden enkele duizenden mensen in de Verboden Stad.
In de volksmond wordt het complex nu aangeduid als Gugong (Keizerlijk Paleis). De meeste gebouwen die vandaag de dag te zien zijn dateren uit de 18de eeuw.
De keizers van de Qing-dynastie lieten, omdat ze het vervelend vonden altijd maar in de Verboden Stad te verblijven, buiten Beijing verschillende paleizen bouwen waar zij zich in de zomermaanden konden terugtrekken. Denk hierbij aan het Zomerpaleis ten noord-westen van Beijing en het Zomerpaleis in Jehol (thans Chengde).
De keizer en zijn hofhouding woonde in het noordelijke gedeelte. Zo waren er de concubines, de paleiswachten en de eunuchen (gecastreerde paleisbedienden). Er woonden enkele duizenden mensen in de Verboden Stad.
In de volksmond wordt het complex nu aangeduid als Gugong (Keizerlijk Paleis). De meeste gebouwen die vandaag de dag te zien zijn dateren uit de 18de eeuw.
De keizers van de Qing-dynastie lieten, omdat ze het vervelend vonden altijd maar in de Verboden Stad te verblijven, buiten Beijing verschillende paleizen bouwen waar zij zich in de zomermaanden konden terugtrekken. Denk hierbij aan het Zomerpaleis ten noord-westen van Beijing en het Zomerpaleis in Jehol (thans Chengde).
Praag, Praha, Prague: Stad van Kafka
Hier klikken om te bewerken.
Het oude Joodse kerkhof
Het oudste grafmonument is van Avigdor Kara en dateert uit 1439.Een jaar later wordt deze begraaf-plaats voor het eerst in de bronnen vermeld.